zaterdag 31 maart 2012

Ding 20 Begeleiding

Met 'mijn' kinderen heb ik af en toe een discussie. Vooral op dagen dat er een film uitgekozen mag worden, zoals bij Kerst, Sinterklaas of de verjaardag van juf. Kinderen mogen dan een film meenemen. Aangezien ik een groep 7 heb, mogen dat alleen films zijn die nog ònder de categorie 12 en ouder zitten. En daar zijn veel kinderen het niet mee eens. Want thuis mogen ze ze wel kijken, zelfs naar films die geschikt zijn voor 16 jaar en ouder. Ik had vorig jaar een groep 8, met een clubje kinderen die een Saw-nacht hadden georganiseerd. Ik weet niet of je die Sawfilms wel eens gezien hebt, maar ik word daar met mijn 30 jaar lichtelijk onpasselijk van. Dus vind ik het op zijn zachts gezegd opmerkelijk, dat kinderen van 11 en 12 jaar thuis naar dit soort films mogen kijken. Of ben ik dan bekrompen?

Deze discussie is ook een groot issue op Mediaopvoeding. En ook daar vind je natuurlijk de verschillende meningen, in de schaal van: mijn kind van 5 mag Call of Duty spelen, want het zal wel meevallen, tot mensen die denken dat hun kind morgen met een bazooka hun huis aan gort knalt als het the Smurfs Village heeft gespeeld. Het blijft een moeilijk probleem, want de leeftijdscategorieën zijn er niet voor niets, zowel voor spelletjes als voor films. Aan de andere kant vind ik ook dat je naar je kind zelf moet kijken, welk effect verwacht je? Aangezien ik met een grote groep kinderen te maken heeft, gebruik ik dus de leeftijdswijzer op spellen en films.

Of ik MyBee aan ouders zou aanraden? Nee, hoewel dat misschien tegenstrijdig klinkt met mijn mening over leeftijdswijzers. Het nadeel van zo'n filter vind ik, dat kinderen niet leren dát ze op verkeerde sites terecht kunnen komen. Ik denk dat kinderen er meer aan hebben dat ze leren wat te doen, als je bijvoorbeeld op een pornosite uitkomt. Als je daar nooit mee hebt leren omgaan, schrik je je rot als je in de brugklas ineens wel alle sites getoond krijgt wanneer je iets zoekt. Ik denk dat MyBee te beperkt is, het lijkt mij heel lastig als organisatie om elke site te classificeren op wel of niet geschikt. En missen kinderen dus een heleboel, wat misschien wel heel bruikbaar is.

Ding 19 Integreren

Als ik terug kijk naar mijn bevindingen en meningen over mediawijsheid, dan is daar niet zo heel veel veranderd. Ik ben nog steeds van mening dat je daar het hele jaar door over moet praten, vooral als dit door de actualiteit nodig is, en dat je daarnaast op projectbasis ermee bezig moet zijn, zodat je ook over onderwerpen praat waarop je zelf misschien minder bedacht bent.

Op dit moment ben ik druk bezig met de lessen van Kennisnet over mediawijsheid. Het zijn vooral praatlessen, kinderen hebben erg de behoefte om hun ervaringen te delen merk ik. Wat doe je als iemand je uitnodigt op Hyves die je niet kent, wat doe je als iemand vervelend wordt bij zoiets simpels als Wordfeud (waarbij ik dezelfde ervaringen heb als de kinderen, niet iedereen is daar om een onschuldig spelletje te spelen), kun je alles geloven wat er op Internet staat en wat staat er eigenlijk over jou op het Internet? Vooral dat laatste was goed om met de kinderen uit te proberen. Is alles wel zo afgeschermd zoals je dacht? Wie heeft er tips over hoe je het kunt veranderen als er volgens jou te veel te zien is? (gelukkig ben ik daar zelf ook bedreven in). Ik merk dat basisschoolkinderen bewuster met hun gegevens omgaan dan een paar jaar geleden, eigenlijk iedereen heeft zijn Hyves pagina wel afgeschermd en kinderen weten wat ze moeten doen als ze op een vervelende manier benaderd worden. Er zijn ook minder incidenten die gelijk om aandacht vragen. Vraag blijft natuurlijk of ze ook daadwerkelijk doen wat ze moeten doen als er toch een incident is, maar daar heb je als juf toch minder zicht op dan de ouders. En ik zat laatst een rondje op Twitter te maken, een nog niet zo veel gebruikt medium onder basisschoolscholieren, maar des te meer door ex-leerlingen die nu op de middelbare school zitten. Alsof ze alle lessen over mediawijsheid vergeten zijn, om maar gehoord te worden. Daar ligt dus nog wel een stukje om op te pakken. Want Facebook en Hyves kunnen dan wel netjes afgeschermd zijn, maar dan komt er een nieuwe hype en hup, alles ligt weer op het wereldwijde net.

Ding 18 Toetsen

Ik heb de tool Flashcards uitgeprobeerd, de kaartjes werken anders dan ik in eerste instantie gehoopt had. Ik ga ze komende week inzetten om de definities van de woorden van de bordrij te oefenen. Op zich een makkelijk te gebruiken programma, waarbij je ook kinderen eventueel kunt vragen om ze voor je in te stellen (of gewoon de tip geven met dit programma thuis te oefenen).

Webquest gebruik ik zeer regelmatig tijdens mijn thema's. Kinderen die klaar zijn met hun weektaak, kunnen vaak kiezen voor een webquest als extra opdracht. Helaas ontbreekt de tijd om ze zelf te maken, dus eerlijkheidshalve moet ik zeggen dat ik erg lift op de goede inzet van anderen. Ook met de kinderen uit onze plusklas gebruik ik vaak webquest en opdrachten, die ik voor ze heb ingepland via Acadin.



Als laatste de enquête via Google Docs. Hier ben ik nog niet helemaal uit, het is een programma waar je je wat meer in moet verdiepen en die minder intuïtief werkt. Hierdoor ben je best lang bezig met de enquête zo in te stellen hoe je wilt, of, zoals ik merkte bij mezelf, ga je vragen maar op een andere manier stellen, zodat je minder moeite hoeft te doen. Voor mijn kinderen vind ik dit op dit moment nog te lastig, ik denk dat ik er teveel input voor moet geven voordat kinderen zelf een enquête kunnen maken. En omdat ik hem zelf niet gebruiksvriendelijk vind, zie ik mezelf dit ding niet zo snel gebruiken.

Ding 17 Klas 2.0

Een multitouchtable... Ziet er geweldig uit zo'n ding, kinderen zijn nu enthousiast ermee aan het werk. Een nadeel die de juf ziet is dat de tafel niet registreert wie wat gedaan heeft. Op dit moment is het dus een leuk hebbeding, voor erbij. De kinderen zullen er echt wel van leren, maar wat precies, en waar je nog aandacht aan moet besteden, is de vraag. Dat vind ik nou juist het fijne van de computerprogramma's op de ouderwetse pc, daar kan ik gelijk zien, wat iedereen gedaan heeft, hoe iedereen het gedaan heeft en waar ik nog input op moet geven. Dan neemt zo'n programma de functie van nakijken over, een van mijn minst favoriete bezigheden. Maar goed, als die tafel zo'n nakijkfunctie ook krijgt, wil ik er ook wel 1 in mijn klas.

Wel vraag ik me af, hoelang kinderen zo enthousiast zijn over zo'n tafel. Natuurlijk zullen er steeds nieuwe programma's bijkomen, maar als het normaal wordt dat zo'n ding in de klas staat, is het op een gegeven moment niet specialer dan een gewoon rekenboek.

In het filmpje zag ik ook de Swinxs voorbij komen. Nienke en ik zijn die op dit moment aan het uitproberen in de klas. De Swinxs is een eigenlijk erg simpele spelcomputer, met 3 knoppen en waar 10 kinderen tegelijk mee bezig kunnen zijn (www.swinxs.com). De kinderen gebruiken hem vooral bij het buiten spelen als spelleider, dan ding komt met een idee voor een spel, als kinderen dat spel zien zitten drukken ze op de groene knop en de Swinxs geeft aan dat groen de tikker is. Na een paar minuten is roze aan de beurt. Ook handig voor verstoppertje (hij telt af en vals spelen bij buut kan niet meer) en estafette. Mijn kinderen zijn na 4 weken nog enthousiast, op dit moment zijn er vaak te weinig polsbandjes. De ouderwetse voetbal heeft plaatsgemaakt voor een groen computertje, waarbij kinderen samenspelen die voor de Swinxs nooit samenspeelden. De Swinxs verbindt.... Waarbij natuurlijk altijd de vraag blijft, hoe lang het duurt voordat het computertje in zijn tasje in de klas blijft staan...

dinsdag 13 maart 2012

Ding 16 Digitaal werken

Al een week is mijn beamer stuk. En werk ik dus noodgedwongen op een whiteboardje van 1 bij 1 meter. Nu merk ik pas, hoe vaak ik mijn digibord gebruik om mijn lessen te ondersteunen. Bij al mijn lessen gebruik ik mijn digibord, met filmpjes, spelletjes en de tools van de bijvoorbeeld de rekenmethode. Ik heb vandaag een schrijfles gegeven die ik al twee keer eerder in de jaren hiervoor heb gegeven, maar zonder digibord was het erg moeilijk om duidelijk te maken wat nou eigenlijk de bedoeling was. Kinderen zijn de visuele ondersteuning zo gewend, dat ze eigenlijk niet meer zonder kunnen. En dat terwijl ik 3 jaar geleden nog niet eens een digibord had.

Wikiwijs gebruikte ik bij de thema's al langer, het leermiddelenplein was voor mij nieuw. Voordeel van deze websites boven websites als bijvoorbeeld Yurls of Pleinderpleinen/Kinderpleinen is dat de links naar andere websites nog goed werken. Hoe vaak ik niet na lang zoeken denk een goede website met bijvoorbeeld een tekst te hebben gevonden, om dan vervolgens met 440 Page not found geconfronteerd te worden... Vooral webquests gebruik ik geregeld, als inspiratie voor mijn thema's of als activiteit op de thema-werklijst.

De websites die bij de extra stonden, daar kon ik niet zoveel mee. Gaaf dat je prentenboeken kunt laten voorlezen, maar in groep 7 staan ze je daarmee natuurlijk uit te lachen. Mochten wij een nieuwe methode Engels aanschaffen, dan denk ik dat er goed gekeken moet worden naar de mogelijkheden die het digibord biedt. Al is het alleen al om uitspraakfouten als: End of the rit te voorkomen.

Ding 15 Video

Youtube is een site die ik zowel in mijn lespraktijk als in mijn privéleven veel gebruik. Nog niet zo lang geleden had nog niemand ervan gehoord, nu kan ik het in ieder geval niet meer uit mijn leven weg denken. In de klas gebruik ik het vaak als instructiefilm, bijvoorbeeld om het uitleggen van mindmappen te ondersteunen, te laten zien hoe grottekeningen in Lascaux eruit zien, en met mijn huidige thema techniek hoe het in verschillende fabrieken er aan toe gaat. Het is een ondersteuning bij mijn lessen geworden. Uploaden van filmpjes doe ik nog niet, vaak ontbreekt het aan tijd of middelen om dingen (goed) op te nemen.



Podcasts gebruik ik geregeld, vooral om de weekendmixen van radiostations op mijn telefoon te zetten. Screencasts kende ik echter nog niet en ik zie wel mogelijkheden om die in mijn praktijk te gebruiken, vooral bij kinderen die auditief ingesteld zijn voor het inspreken van instructies, zodat ze deze (nogmaals) kunnen beluisteren of als ondersteuning om zelfstandig een opdracht uit te voeren, zodat kinderen op een zelfgekozen moment kunnen beginnen en je niet alles 20x hoeft te herhalen. Als dan iemand naar de bekende weg vraagt, wordt mijn nieuwe antwoord: "Dan luister je de screencast maar na!".