zondag 4 december 2011

Ding 9 Invloeden Media

Goh, dat die Wallie kaart nog bestaat! Een paar jaar geleden werd je met dat ding dood gegooid, nu hoor je er helemaal niets meer van. Maar je kunt er dus nog steeds mee betalen en het voordeel is, is dat je nooit meer op kunt maken dan dat er op staat. Ik vind geld op een Wallie kaart net zoiets als zakgeld op een pasje. Zolang het om kleine bedragen gaat, kunnen kinderen op deze manier kopen wat ze willen. Hoewel ik het gebruik op Habbo hotel dan toch wel weer discutabel vind, want het gebruik om spulletjes te kopen op een site, terwijl je die ook kunt verdienen? Maar goed, misschien is die generatiekloof dan toch wel groter dan ik wil toegeven. Er is ook nog zoiets als groepsdruk en als íederéén zijn geld aan spulletjes uitgeeft.... En aan de andere kant, ook op deze manier leren kinderen dat geld maar 1 keer uit te geven is en gaan ze zich heel misschien wel afvragen of ze toch niet liever iets anders van hun geld kopen dan virtuele spulletjes. Of is dit iets met vaders en wensen van gedachtes?

woensdag 16 november 2011

Ding 8 Auteursrecht

Voor mijn werk ben ik natuurlijk het meest op zoek naar lesideeën, over de meest uiteenlopende onderwerpen. Maar heel soms neem ik een les over, zoals hij op het internet staat. Vaker is het een inspiratiebron, waar langzaamaan steeds meer eigen ideeën aan toegevoegd worden en het uiteindelijk een eigen les wordt. Zelf ben ik niet zo’n lesideeënplaatser op het internet, hoewel ik denk dat bij vele lessen anderen er wellicht wat aan hebben. Toch bang voor de reacties, denk ik. Als ik vanuit het opzoeken van lesideeen naar Creative Commons kijk, dan denk ik dat bijna alle in aanmerking komen, behalve dan degene met de toepassing GeenAfgeleideWerken. Zoals eerder gezegd, een lesidee is maar een idee, daar sleutel je zelf nog genoeg aan. En ok, de toevoeging dat het alleen voor niet-commerciele doeleinden gebruikt mag worden is ook wel wat. Straks wordt er nog iemand rijk van mijn geweldige lessen ;-).

Bij Flickr heb ik gezocht met dezelfde zoekwoorden als die ik gebruikt heb bij ding 3, namelijk Amsterdam. Er zitten wanneer je CC aanklikt minder professionele foto’s bij, maar er zitten nog steeds hele mooie tussen. Het is gelukkig niet zo, dat je dus alleen maar rotzooi krijgt.

Punt 3 is lastiger nu uit te voeren, maar ga ik zeker een keer bekijken. Hoewel het vaak niet nodig is om via Google te zoeken, vragen wat het moeilijke woord betekent in die geweldige zin, of vragen de zin aan me uit te leggen, is vaak al genoeg om uit te vinden of de kinderen de zin zelf geschreven hebben. Denk aan rode hoofden en stotteren. Niet te gebruiken bij verlegen kinderen.

Het kopiëren van teksten en afbeeldingen is niet netjes, mag niet, is strafbaar, maar ja, ik geef eerlijk toe dat ik ook wel eens een afbeelding van het internet geplukt heb, om als achtergrond te gebruiken voor mijn Hyves. Soms bewerkt met mijn eigen naam erin. En ik haal geregeld teksten van het internet om voor mijn lessen te gebruiken en als dat niet met de gewone knippen-plakken gaat, dan weet ik wel andere manieren om de tekst te kunnen gebruiken. Daarbij denk ik in eerste instantie niet aan auteursrecht. En eigenlijk in tweede instantie ook niet. Ik heb me er nooit in verdiept en zolang het niet om scripties, onderzoeksverslagen of commerciële doeleinden gaat, zie ik weinig problemen.

Ding 7 Veiligheid en Privacy

Grappig, dat 1 van de ontdekoefeningen is hoe je zelf op het internet staat. Ik had namelijk toevallig zelf een maand geleden eens gekeken, wat er te zien valt als je mij googled. Op zich niet heel wereldschokkend wat er voorbij kwam, maar je kunt meer van me te weten komen dan ik in eerste instantie dacht. Zo is snel op te maken waar ik werk en dat hardlopen een hobby van mij is. Gelukkig maakt de site 123people.nl niet waar wat ze in eerste instantie bij de zoekresultaten beloven, namelijk dat je mijn adres, emailadres, telefoonnummers en dergelijke kunt vinden. In eerste instantie was daar wel mijn profielfoto van mijn Facebook-account te vinden, maar na het aanscherpen van wie wat mag zien op Facebook is die gelukkig nu weg. Niet dat ik verwacht dagelijks gegoogled te worden, maar ik hou graag zelf in de hand wie welke gegevens van mij krijgt. Daar heb ik de ongevraagde actie van 123people.nl niet voor nodig.

Van de twee sites die we moesten bekijken valt mij heel duidelijk het verschil in oplossingen op. Bij Mijn kind online willen ze geloof ik elk kind wat pest voor lange tijd achter de tralies, bij Mediaopvoeding hebben ze naar mijn mening een realistischer beeld hoe pesterijen op te lossen, namelijk door de betrokken personen te informeren. Zolang er naar elkaar geluisterd wordt en er steun naar elkaar is, is heel veel op te lossen. Naar de politie stappen zoals Mijn kind online wil, dat kan altijd nog. Misschien is het op middelbare scholen al zo erg, dat de politie bij pesterijen je beste vriend is. Gelukkig weet ik zeker dat voor (bijna?) alle gevallen op de basisschool, ouders, leerkrachten en leerlingen het zelf kunnen op lossen.

donderdag 3 november 2011

Kinderen 2.0 - Ding 6

Kloof, kloof, ervaar ik een kloof? Dan moet ik toegeven dat ik oud word met mijn 30 jaren dat ik op deze aardbol rondloop. Ik ben toen ik twaalf was ingestapt in de wereld die Internet heet en het voordeel van het trage werken van de modem was dat je rustig de tijd nam om alles onder de knie te krijgen en door te lezen. Wat er was niets anders. In dat opzicht zie ik veel van de onderzoeken en artikelen terug bij mij in de praktijk, kinderen vinden begrijpend lezen van een tekst met meer dan 5 regels erg moeilijk. Maar als ik een mail stuur naar een volwassenen heb ik ook lang niet altijd het idee, dat die met veel zorg gelezen is...

Ik weet niet of kinderen meer op het internet zitten dan ik. Ik zie namelijk veel van mezelf terug in de term infobesitas en als ik me zelf in één van de 4 types computergebruikers moet indelen, dan zou ik me bij de netwerkers zetten. In mijn groep dit schooljaar is het gebruiken van een mobiele telefoon nog geen gemeengoed, ze hebben ze om te kunnen bellen. Vorig jaar had ik een groep, waarbij er bijna niet meer live met elkaar gesproken werd zodra de telefoons weer gebruikt mochten worden, pingen was het nieuwe praten. Maar kinderen zullen thuis wel meer achter de computer zitten dan ik thuis heb gedaan, en meer op het internet omdat dat nu eenmaal sneller en goedkoper is dan pakweg 15 jaar geleden.

En als ik naar de sites kijk die ze graag bezoeken... Ik snap wel dat ze daar graag vertoeven. Hyves is vrolijker dan Facebook en je kunt hem meer naar eigen smaak invullen. De meeste kinder websites zijn een plaatje voor het oog (Habbo hotel daargelaten) en je hoeft er weinig voor te lezen en lekker voor te klikken. Alles wat een kind wil, net zoals de onderzoeken zeggen.

donderdag 27 oktober 2011

Ding 5 Sociale media

Onze school is op Hyves goed vertegenwoordigd. Er zijn speciale oudersites en ook veel klassen hebben een eigen klassensite. Vaak zijn deze klassen in meer of mindere mate afgeschermd, zodat niet iedereen alles kan zien en ook niet kan reageren. Dit zijn sites die door ouders en kinderen zelf gemaakt zijn, Octant zelf heeft geen eigen officiële Hyves-site. Ik heb een periode een juffenhyves gehad, speciaal aangemaakt om kinderen van de school de gelegenheid te geven me toe te voegen. Meerdere collega's hadden er al 1, en mijn eigen 'privé'-site wilde ik absoluut niet gebruiken. Ik had er weinig opstaan, wat foto's van mijn katten en wat algemene wie-wat-waars, zoals Fijne vakantie iedereen. Na een jaar heb ik hem weer verwijderd, ik deed er niets mee en als ik eens online kwam werd ik gelijk bestookt met kinderen die met me wilden chatten. En hoe leuk ik de kinderen van mijn klas/school ook vind, school is school en privé is privé. Dus mijn Facebook-account (ik heb geen Hyves meer), is hermetisch afgesloten. Ben je geen vriend, dan zie je op een profielfoto na niets. Vriendverzoeken van kinderen negeer ik.

Twitter is onder kinderen een stuk minder populair. Ze pingen en whats appen elkaar eerder (en hopelijk spreken ze elkaar ook nog eens live). Ik zie in Twitter wel mogelijkheden voor ouders en school. Even kort aangeven wanneer er speciale dingen gebeuren, zoals studiedagen, ziektes van leerkrachten, excursies. Maar ik denk dat Twitter daar in Nederland (nog) niet populair genoeg voor is. Voor mij voegt het in ieder geval niets toe, ook omdat ik niemand ken die er gebruik van maakt. Mijn vriend gebruikt Twitter wel, maar dan voor zijn eigen bedrijf, om zijn aanbiedingen kenbaar te maken en nieuwe producten aan het grote publiek te laten zien. Ik houd het bij Facebook, whats app en sinds kort WordFeud. Dat kost me al tijd genoeg.

vrijdag 21 oktober 2011

Geen reactie

Op de een of andere manier lukt het niet om te reageren op de blogs van anderen. Met mijn gmail-account werkt het niet en ook op andere manieren wil het niet lukken. Wie heeft de gouden tip?

donderdag 20 oktober 2011

Mediawijs (ding 4)

Kinderen mediawijs maken. Ook al zou je er als leerkracht totaal geen behoefte hebben hier iets mee te doen, je praktijk dwingt je ertoe.

Voorbeelden uit mijn eigen praktijk: Kinderen komen met ruzie binnen, omdat de een de ander in het weekend heeft uitgescholden via de Ping en ouders hebben totaal niet door dat er wat speelt en wat er speelt (en aangezien ik vorig jaar een groep 8 had waarvan 14 kinderen een Blackberry hadden kwam dit geregeld voor). Op maandagochtend in de kring, omdat een meisje wil melden dat haar Hyves-pagina is gekraakt en er uit haar naam allemaal nare berichtjes naar vrienden worden gestuurd. Om vervolgens een dag later een ander meisje de kans te geven om uit te leggen dat zij de hacker was en het niet zo bedoeld heeft. Kinderen die niet meer naast elkaar willen zitten, omdat de een een filmpje van de ander op Youtube heeft gezet. Een leerling die een Iphone van een juf steelt, omdat hij erbij wil horen. Als juf of meester kun je nooit alles zien en mee krijgen, maar met alle nieuwe media is het soms wel heel ondoorzichtig geworden. En vrienden blijken ineens een stuk minder vriendelijk dan gedacht, in de hoop maar reacties van de buitenwereld te krijgen.

Dus moet je er wat mee in de klas. Ik laat het onderwerp mediawijsheid in de grootste zin van het woord regelmatig in mijn lessen terugkomen. Laatst een artikel uit de krant meegenomen over cyperpesten. Een uur later zaten we nog in de kring, waarbij vooral de social mediasites als Hyves en Facebook langskwamen. Gesproken over de actie op Facebook van een broer die aandacht vraagt voor een antipestcampagne, omdat zijn zus na jarenlang gepest te worden zelfmoord heeft gepleegd (dat was best heftig voor een groep 7 trouwens). En de groepen 7 van Octant hopen nog steeds groen ligt te krijgen voor de workshop mediawijsheid van Fluxus. Bij ons op school in de groepen 5 en 7 wordt hier sowieso extra aandacht aan besteed.

Mediawijsheid > techniek:
Ik denk dat elke leerkracht dit in meer of mindere mate aanbiedt. Basisdingen als Word, Powerpoint, het gebruik van Google, je kunt hier niet onderuit, ook al ben je zelf nog zo'n digibeet. Vorig jaar met de plusklas (hoogbegaafden uit groep 5 tot en met 8) in tweetallen games gemaakt met Gamemaker of Scratch. Daar was duidelijk het verschil te zien tussen de jongere en de oudere kinderen. De basis bij de tweede groep was beter gelegd, waardoor ze sneller met de spelletjesmakers aan de slag konden.

Mediawijsheid> creativiteit:
Bij het maken van de games in de plusklas was ook te zien, dat een goede basis bij het onderdeel techniek een meer origineel spel tot gevolg had. Na de herfstvakantie wil ik mijn klassenwebsite gaan laten beheren door de kinderen. Tijdens groepsdoorbroken creamiddagen, zit vaak ook een workshop met computers en andere soorten media (laatste keer: fotoverhaal). Creatief zijn was vroeger goed kunnen tekenen of knutselen. Nu kan dat en nog zoveel meer met de computer, en the sky is the limit.

Mediawijsheid> analyse:
Bij mij het minst uitgewerkte onderdeel van de vier, hoewel we met ons OGO-onderwijs een groot gedeelte van de vragen van ons onderzoek met teksten gevonden van het internet beantwoorden. Ik heb wel eens kinderen twee teksten naast elkaar laten leggen over hetzelfde onderwerp, maar waar zogenaamde "feiten" in de teksten verschillend waren. Welke tekst had gelijk? Hoe kom je daar achter?

Mediawijsheid> reflectie:
Over dit onderdeel heb ik het in het begin van mijn blog al uitgebreid over gehad. Kinderen kunnen elkaar hierbij zo goed helpen en horen dat je niet de enige bent die nare ervaringen op het internet hebt gehad, sterkt kinderen.

(Nieuwe) Media, net als de kinderen zou ik niet meer zonder kunnen, het is naar mijn inzicht een verrijking, maar poeh, soms wel erg ingewikkeld.

Ding 3.2 Foto met blog

Amsterdam Canal

Tja, met een instructiefilmpje kan een kind natuurlijk de was doen. En ik doe meteen twee foto's. De bovenste foto van Amsterdam, stad waar ik geboren en getogen ben, maar waar ik de laatste jaren steeds minder vaak kom, omdat de stad al jaren geteisterd wordt door het gedrocht dat de Noord-Zuidlijn heet. Op de onderste foto de stad waar ik steeds meer aan hecht, Haarlem. Woon er de helft van de week op fietsafstand vanaf (iets met willen samenwonen en een ingestorte huizenmarkt), kom er nu nog te weinig, maar een supermooie stad met leuke terrasjes en natuurlijk winkels.

Contrastes (II)

zaterdag 8 oktober 2011

Informatie delen (ding 3.1)

Deze cursus is verslavend, heerlijk om rond te neuzen op het web en dingen uit te proberen. Vanochtend ding 2 afgemaakt en nu al een heel groot gedeelte van ding 3 bekeken, uitgeprobeerd en aangemaakt. Vooral Yurls vond ik een ontdekking. Merkte aan de opmaak dat ik al vaker op subpagina's van Yurls ben geweest, maar dat er zóveel informatie te vinden was daar, dat is de eye-opener van de week, zo niet maand. Bij Flickr heb ik ook een account aangemaakt en twee foto's toegevoegd, met als tags 23onderwijsdingen en sabrine. Er komt nog een blog 3.2 over een foto van Flickr die ik toevoeg, maar heel veel foto's mag je niet gebruiken, dus ben nog zoekende naar een foto over Amsterdam (mijn geboortestad) of een fiets of hardloper (twee erg belangrijke onderdelen van mijn leven).

Yurlspagina

Eigen delicious pagina

Yurls ga ik zeker vaker gebruiken voor op school, ik heb na 5 minuten rondneuzen al zoveel gezien wat ik zou kunnen gebruiken! Omdat wij op de OGO-manier werken en dus dagelijks met ons thema bezig zijn, zie ik zeker de mogelijkheden om zelf een Yurl te maken over een bepaald onderwerp, als dat nog niet bestaat. Nadeel is, dat er veel tijd in gaat zitten (zoals zoveel interessante dingen) en dat is nou net iets waar ik vaker te weinig dan teveel van heb.

Flickr is natuurlijk net zoiets als Picasa. Picasa gebruik ik ook voor school geregeld, om foto's van excursies of kampen te delen met ouders. Omdat ik erg Google-minded ben, denk ik niet dat ik zelf snel zal overstappen naar Flickr. Wel netjes van Flickr trouwens dat je gewoon in kunt loggen met je Google-account, terwijl Flickr van concurrent Yahoo is.

Later in de week dus nog verder met Flickr (ik schrijf steeds in eerste instantie Flicker op de een of andere manier), maar nu op naar het sociale gedeelte van dit weekend....

Google Reader (Ding 2)

Wat ik op meerdere blogs lees, is ook mijn ervaring met Google Reader en de daarbij horende RSS: ik vind het geen lekkere manier van werken. Als je je abonneert op een site als Nu.nl word je vervolgens dood gegooid met nieuwe berichten en lang niet allemaal interessant. Voor het bekijken van nieuwe blogs vind ik hem daarentegen wél handig, want dan hoef ik niet steeds alle blogs langs. Ben ik trouwens de enige die het niet voor elkaar krijgt om de RSS van de 23dingen site te implementeren? Ik krijg constant de melding in Google Reader dat de zoekbewerking geen overeenkomstige feeds heeft opgeleverd.

Bij ons op school werden er vorig jaar door de kinderen van een paar klassen een soort van weblogs bijgehouden, al heet het niet zo: ze houden de website voor hun eigen groep bij en vertellen daarop wat ze gedaan hebben die week met foto's en al. Als de groepen voor dit jaar doorgeschoven zijn op onze website wil ik hier ook aan gaan denken. Er zijn altijd kinderen die dat graag willen en leuk vinden en mij scheelt het tijd om elke keer iets nieuws op de website te zetten.

woensdag 5 oktober 2011

Web 2.0 (Ding 1)

Web 2.0... Daar kun je heel wat tijd mee zoet zijn. Vandaar dat ik mezelf maar wat beperkingen opleg. De was moet ook af en toe gedaan en zo. En mijn vriend wil ook een aai over de bol zo nu en dan. Ik heb mijn Hyves-account opgezegd, toen ik steeds meer Facebook ging gebruiken en mijn vriendenkring zich op twee social media sites ging bemoeien met mijn leven. Facebook vind ik prettiger werken en is internationaler georienteerd, zodat ik nu na jaren eindelijk weer eens contact heb met familie in het buitenland. YouTube en Nederland.fm gebruik ik vaak om lekker naar muziek te luisteren, cd's koop ik niet meer. Filmpjes kijk ik zelden. En wat verder.... Skype, MSN en Picasa gebruik ik af en toe eens, vooral in vakanties.

Ik wil ook meedoen!

En toen moest ik ineens een blog gaan schrijven. Vorig schooljaar is mij ooit gevraagd of ik mee wilde doen aan de cursus 23dingen. Ja, gezegd, maar daarna nooit meer wat van gehoord of gezien en eerlijk gezegd ook niet meer aan gedacht. Tot van de week het balletje ging rollen en ik alsnog werd ingeschreven. Waarna mailtjes vol met stappenplannen volgde en ik dus ineens hard aan de slag moest (doe ik anders nooit, haha). Wie ben ik? Mijn naam is Sabrine en ik werk op ICB Octant in Assendelft als leerkracht van groep 7. Ik ben erg geïnteresseerd in ICT en hoe dat te integreren in het onderwijs. "Helaas" is er bij ons op school al een dijk van een ICT-coördinator, maar wanneer zij er niet is, mag ik wel eens plaatsvervangertje spelen. Ben benieuwd wat we allemaal om ons oren krijgen de komende maanden....